TIPS VOOR HET PRAKTIJKEXAMEN

Ga je binnenkort op voor je praktijkexamen? Onderstaande tips helpen je naar een succesvol examen!

Bereid je goed voor, neem voldoende rijlessen.

Eigenlijk moet het examen een pure formaliteit zijn en geen torenhoge berg om tegen op te zien. Als je voldoende rijvaardig bent tijdens de rijlessen dan kun je ook met een gerust hart een half uurtje met een examinator rondrijden. Investeer daarom écht in je rijopleiding en gok niet op een mazzelexamen. Per saldo zijn herexamens veel duurder dan een paar lesjes extra vooraf.

Je rijlessen zijn een investering voor je leven. Daarop bezuinigen is natuurlijk best begrijpelijk, immers met een beetje mazzel slaag je misschien ook zonder de extra lessen. Maar je doet jezelf uiteindelijk tekort en je zult zien dat je door genoeg rijlessen te nemen ook met meer vertrouwen achter het stuur zit.

Uitgerust aan het examen beginnen.

Rijexamen doen is best een inspannende gebeurtenis. Er wordt nogal al wat van je verwacht, zowel lichamelijk als mentaal. Daarom is het belangrijk dat je goed uitgerust aan je examen begint. Als je goed uitgerust bent kun je je beter concentreren. Dus de avond ervoor niet gaan stappen, maar op tijd naar bed. ’s Ochtends op tijd op en een lekker ontbijtje nemen. Meer hoef je niet te doen, maar dit is wel heel belangrijk.

Op je examendag nog een les nemen ja of nee.

De neiging om op je examendag alles nog eens te oefenen is begrijpelijk maar het zal weinig zin hebben. Als het goed is ben je voldoende opgeleid. Mocht je nog een uurtje voor het examen gaan rijden, gebruik die tijd dan puur om even weer te wennen aan de auto. Ga geen ingewikkelde verkeerssituaties oefenen, maar rij relaxed en op tijd richting de oproepplaats.

Als je nog moeilijke situaties of oefeningen gaat trainen zo vlak voor je examen, dan bestaat de kans dat dingen niet goed gaan. En daar wordt je niet zelfverzekerder van. Je kunt beter tijdig in de buurt van de oproepplaats rijden zodat je zeker op tijd komt. Haasten om niet te laat te komen geeft veel onnodige stress.

Fabels horen in een kinderboek.

Over het rijexamen doen erg veel fabeltjes de ronde. Vele zijn al heel oud en dus nogal hardnekkig. Zo zou je bijvoorbeeld nooit de eerste keer slagen, houdt het CBR de examencijfers laag en mogen er per dag maar een paar kandidaten per examinator slagen.
Neem van ons aan dat het echt fabels zijn en dus niet op waarheid berusten.

Het CBR werkt voortdurend aan de kwaliteit van de examens. In de opleiding worden nieuwe en ervaren examinatoren getraind om jouw rijvaardigheid zo eerlijk mogelijk te beoordelen. Dat staat los van de andere examens die hij op een dag of in een jaar heeft. Daarnaast zal iedere examinator plezier beleven aan een mooie en goede rit.

Je familie en vrienden, de deskundigen? 

Ga je binnenkort examen doen? Dan zullen de adviezen je wel om de oren vliegen. Pa weet nog goed dat hij standaard 10 km/u harder reed op zijn eigen examen en daardoor geslaagd was. Tante Ali had zich destijds leuk gekleed om in de smaak te vallen bij de examinator en je neef geeft de tip dat je de binnenspiegel zo moet afstellen dat je je nek verrekt om wat te kunnen zien. Want.. dan ziet de examinator dat je goed kijkt. Ons advies: pak een rekenmachine, bereken hoeveel je tot nu toe betaald hebt aan je rijschool. Vergelijk dat met het bedrag dat je aan je ouders, tante en neef kwijt was. Beslis dan naar wie je het beste kunt luisteren.

Rij je examen zoals je gewend bent tijdens de rijlessen.

Je examendag is niet de uitgelezen dag om nieuwe dingen uit te proberen. Veel situaties heb je leren oplossen door een bepaalde systematiek te volgen. Als dat goed werkt, dan moet je het nu niet anders gaan doen. Vertrouw dus op wat je geleerd hebt.

Het is natuurlijk best begrijpelijk om bang te zijn dat je een ingreep krijgt of erger nog, dat je zakt. Helaas is de gedachte daaraan mede de boosdoener. Te vaak zien we kandidaten overdreven voorzichtig rijden in bepaalde situaties of onnodig langzaam waar best doorgereden kan worden. Waak ervoor dat je niet slachtoffer wordt van je angst om te zakken.

Eet een banaan, niet een hele tros.

En ja hoor, daar heb je hem…. onze tip 7: eet een banaan voor het examen. Een fabeltje van onze kant? Nee, in bananen zitten stoffen die bevorderlijk  zijn voor je motivatie, alertheid en concentratie. Het is een goedkoop en risicoloos middel om je optimaal te laten presteren, dus baat het niet dan schaadt het ook niet.

Eet een banaan, niet een tros, overdaad schaadt. Maar eerlijk is eerlijk, een banaan geeft energie voor lichaam en geest. Veel topsporters doen het ook.

De examinator blijkt een mens te zijn.

Hij of zij is ook maar een mens en is er niet op uit om je te laten zakken, echt niet! Uit ervaring weten we dat een examinator het juist leuk vindt als jij het rijden goed onder de knie hebt. Probeer hem dan ook meer als buurman te zien die even een stukje met je meerijdt. Vergeet vooral niet dat ook hij soms fouten kan maken in het verkeer en niemand perfect is.

Examinatoren zijn erop getraind om te kijken of iemand rijvaardig is, niet of iemand het niet is. Dat betekent dat hij er naar zal streven jou goed te laten presteren.

Zakken is niet het einde van de wereld.

Bepaal vooraf goed wat de consequenties zijn als je mocht zakken. Vraag je af of het werkelijk het einde van de wereld is, of iets dat op te lossen is en waar je mogelijk ook iets van leren kan. Je zou kunnen zeggen: zorg voor een plan B. Reserveer liefst een budget om de extra lessen en een examen te kunnen bekostigen. Niet omdat het nodig is, maar omdat het de spanning er van af haalt.

Neem van ons aan dat veruit de meeste mensen die zakken voor hun examen, op één of meer onderdelen nog onvoldoende presteren. Voor al die mensen is dat een teleurstelling, maar wél een terechte uitslag. Als ze ervan leren en dat ook gaan trainen, zullen ze zeker de volgende keer slagen!

En verder… 

Het praktijkexamen kent 7 onderdelen van beoordeling (zoals: kruisingen, in- en uitvoegen, rijden op rechte en bochtige wegen etc). Bij alle onderdelen speelt het onderwerp snelheid steeds weer een belangrijke rol.

Snelheid aanpassen.

Wij hebben je tijdens de lessen al vaak verteld dat je je snelheid voldoende moet aanpassen. Maar ook zijn er hardnekkige fabels die bijvoorbeeld vertellen dat je beter altijd 10 km harder moet rijden. Wil je weten hoe je het beste altijd je snelheid aanpast, lees dan onderstaande aandachtig door.

Snelheid is een middel en geen doel op zich.

Snelheid is in eerste instantie nodig om ergens vlot te komen, dat is de meest primaire gedachte. Heb je geen haast, dan kan je bij wijze van spreken ook met de fiets gaan. Dat betekent dus dat je tijdens een autorit (lessituatie, examen of straks met rijbewijs) je snelheid zo regelt dat je de doorstroming voor jezelf en anderen bevordert. Daarbij is het essentieel dat je je snelheid altijd aanpast aan enerzijds de technische mogelijkheden of beperkingen van een auto en anderzijds de veiligheid ten opzichte van overige verkeersdeelnemers. Zo zul je voor een bocht de snelheid minderen omdat je er anders wellicht uitvliegt en moet je in een drukkere winkelstraat misschien langzamer rijden dan wettelijk toegestaan omdat dat veiliger is voor fietsers en voetgangers.

Snelheid in cijfers.

Misschien was het je al opgevallen, we hebben tot nu toe nog niet over snelheid in cijfers gesproken. Je kunt ook moeilijk beweren dat je op het examen 50, 80 of 100 moet rijden, want dat hangt af van vele factoren. Wil je toch wat houvast hebben, ga er dan in basis vanuit dat je probeert de maximumsnelheid te rijden zolang dat veilig en verantwoord is.

 Hieronder geven we nog wat hulpmiddelen in specifieke omstandigheden.

• Rij de maximumsnelheid, als er geen reden is om langzamer te rijden. Is de situatie op de weg gunstig, hoef je niet elk moment te verwachten dat je moet stoppen om voorrang te verlenen, is de weg vrij en over een flinke afstand te overzien en nader je geen scherpe bocht? Dan rij je in principe de toegestane snelheid. Dat geldt niet alleen binnen de bebouwde kom, maar ook erbuiten en op auto- en autosnelwegen.

• Bochten. In bochten zal een (te) hoge snelheid hard afgestraft kunnen worden. Gelukkig hebben auto’s tegenwoordig zo’n goede wegligging dat ze niet zomaar de bocht uitvliegen, maar als het gebeurt, dan zijn de gevolgen al gauw ernstig. Het is daarom belangrijk om tijdig de scherpte van een bocht in te schatten en de snelheid erop aan te passen.

• Kruisingen. Op en nabij kruisingen is het in veel gevallen verstandig om je snelheid te matigen. Tenslotte moet je tijdig veilig kunnen stoppen als je voorrang moet verlenen. Hoeveel je moet vertragen hangt af van factoren; ben je in de voorrangspositie of niet, heb je zicht op de kruisende weg, wat is de te verwachten snelheid van het verkeer op de kruisende weg. Uiteindelijk gaat het erom dat je voldoende tijd hebt om verkeer van links en rechts juist te kunnen inschatten en dat je kunt stoppen indien nodig.

• In- en uitvoegen. In- en uitvoegen doe je doorgaans op auto(snel)wegen, waar de snelheid van het doorgaande verkeer hoger ligt. Om veilig in te voegen, moet je zorgen dat je snelheid ongeveer gelijk ligt aan de snelheid van het verkeer dat al op de auto(snel)weg rijdt. Bij het uitvoegen moet je proberen je snelheid zo te regelen dat het doorgaande verkeer geen onnodige hinder ondervindt. Doorgaans vertraag je pas als je eenmaal op de uitvoegstrook bent. Je kunt ook hier niet in cijfers aangeven hoe hard je moet rijden om veilig in te voegen, want dat hangt af van de snelheid van het verkeer dat al op de snelweg rijdt en hoe de uitvoegstrook is aangelegd.

• Inhalen. Inhalen is een handeling die vaak verhoogd risico met zich meebrengt. Daarom is het belangrijk dat je alleen inhaalt als je overtuigt bent dat je op tijd weer naar je eigen weghelft kunt. Op snelwegen ligt dat natuurlijk anders. In alle gevallen is het wel belangrijk dat je vlot en dus met voldoende snelheidsverschil inhaalt. Zo zorg je ervoor dat de inhaalmanoeuvre niet onnodig lang duurt. Als je tijdens het inhalen kortstondig even wat boven de maximumsnelheid komt zal dat doorgaans geen probleem zijn en vaak zelfs gewaardeerd worden indien de situatie erom vroeg.

Tot slot…

Bij een juiste snelheid hou je altijd de controle over je voertuig, blijft het voor alle partijen veilig, kom je toch vlot op je plaats van bestemming aan en wordt het verkeer om je heen niet onnodig gehinderd.

Bron: rijexamendoejezo.nl